Posts tonen met het label afghanistan. Alle posts tonen
Posts tonen met het label afghanistan. Alle posts tonen

maandag 12 oktober 2009

Yes he can!

Het sprookje dat Barack Obama heet, blijft maar voortduren. Wie mij twee jaar geleden had voorspeld dat een onervaren en bovenal niet roomblanke senator in 2009 het Witte Huis zou bewonen, had ik waarschijnlijk ter plekke voor gek verklaard. Toch flikte Barack Obama dat kunstje. Hij versloeg nipt de gedoodverfde favoriet bij de Democraten, Hillary Clinton, tijdens de voorverkiezingen en daarna wat minder nipt de gematigde en ervaren staatsman John McCain tijdens de verkiezingen. Als kers op de taart kenden wat stoffige Noren hem afgelopen vrijdag na amper negen maanden met de scepter gezwaaid te hebben ook nog de Nobelprijs voor de Vrede toe.

Het comité dat de Nobelprijzen toekent, leek zelf ook niet helemaal te weten waarom ze juist Obama hadden uitverkoren. Er werd wat gemompeld over de veranderde toonzetting van het Witte Huis en het gedeelde gedachtegoed met dynamietuitvinder Alfred Nobel, maar echt klip en klaar leek de uitverkiezing allerminst. Toch valt er wel wat voor te zeggen, want in amper negen maanden tijd heeft Barack Obama eigenlijk al heel wat bereikt.


- In april van dit jaar riep Obama op tot het wereldwijd uitbannen van kernwapens, die hij de 'meest gevaarlijke erfenis van de Koude Oorlog' noemde. Alhoewel hij eraan toevoegde dat dit streven waarschijnlijk niet tijdens zijn leven gerealiseerd zou kunnen worden, werd hij hiermee wel de eerste Amerikaanse president die zich zo openlijk uitsprak tegen kernwapens. Een loze belofte dus? Niet echt, want in juli sloten de Verenigde Staten en Rusland een verdrag, waarin afgesproken werd de kernwapenarsenalen van beide landen met een kwart te reduceren.

- In juni sprak de nieuwbakken president Moslims over de hele wereld verzoenend toe tijdens een toespraak in Caïro. Alhoewel zijn voorganger George Bush nooit de oorlog verklaard heeft aan de Islam, leken de geluiden die uit het Witte Huis kwamen veel op een verkapte oorlogsverklaring. Zo sprak Bush van een 'kruistocht tegen het terrorisme', wat in de Islamitische wereld geïnterpreteerd werd als een oproep tot Middeleeuwse bekeringsdrang. Obama besloot het roer om te gooien en reikte de hand. Terecht, want Moslims en Amerikanen willen eigenlijk hetzelfde; democratie, een betere baan en slechts een bescheiden rol voor het geloof in het openbare leven. Sorteerde de toespraak enig effect?

Een paar dagen na de zalvende woorden van Obama mochten de inwoners van Libanon naar de stembus. Peilingen hadden vooraf een overwinning van Hezbollah voorspeld, de door Iran gesponsorde terreurbeweging annex politieke partij. Hezbollah zou vooral profiteren van het anti-Westerse sentiment dat onder bevolking leefde na de oorlog tegen Israël, waarin de zuiderburen met Amerikaans materieel wijken in Beiroet in de as legden. Hezbollah won tot ieders verbazing niet; de pro-Westerse regeringscoalitie kreeg onverwacht het vertrouwen van de Libanese bevolking. En wat bewoog de Libanezen om af te zien van een motie van wantrouwen tegen het Westen? Volgens analisten was er één duidelijke oorzaak; de speech van Barack Obama in Caïro. Die toespraak had de anti-Amerikaanse wind uit de zeilen van Hezbollah genomen.

- Niet alleen de toespraak in Caïro sorteerde direct effect; de frisse wind die door het Witte Huis blaast heeft wereldwijd positieve gevolgen. Volgens een opiniepeiling van het PEW Research Center heeft de wereld veel meer fiducie in het leiderschap van Obama dan van Bush (zie grafiek). Vooral het groeiende vertrouwen in een groot aantal Islamitische landen is opmerkelijk, wat er mogelijk op duidt dat het ronselen van rekruten voor de Jihad een stukje lastiger is geworden met Obama aan het roer.

- Door de oorlog in Irak raakte Europa tot op het bot verdeeld. De tegenstanders van de oorlog, met name Duitsland en Frankrijk, werden door het Witte Huis bestempeld als het 'Oude Europa' en afgedaan als irrelevant. Ook hier heeft Obama wonden weten te helen; momenteel is Obama populairder in Duitsland en Frankrijk dan Angela Merkel en Nicolas Sarkozy. Een gezonde relatie tussen de twee grootste economieën ter wereld kan alleen maar bevorderlijk voor de wereldvrede zijn.

- Barack Obama heeft Israël openlijk opgeroepen te stoppen met het bouwen van nederzettingen op de Westoever van de Jordaan. Deze nederzettingen zijn het belangrijkste obstakel in het bereiken van een vredesakkoord tussen Israël en de Palestijnen, maar werden door Bush nog gedoogd. Obama beloofde een hardere lijn tegen Israël en een veel actievere rol van de Verenigde Staten in het vredesproces. Alhoewel er weinig analisten rekening houden met Amerikaans succes, lijkt Obama zich desondanks te willen vastbijten in de kwestie. Ter illustratie; op het moment dat het Nobelprijscomité bekendmaakte dat Obama de vredesduif van het jaar was geworden, was de speciale gezant van de VS, George Mitchell, aan het onderhandelen met premier Bejamin Netanyahu. Mitchell wist eerder de strijdende partijen in Noord-Ierland ervan te overtuigen de strijdbijl te begraven, dus wie weet?

- Barack Obama heeft het omstreden raketschild in Polen en Tjechië afgeblazen. Alhoewel het schild bedoeld was om Europa en Amerikaanse belangen te beschermen tegen raketaanvallen van 'schurkenstaten', zagen vooral de Russen het als een nieuwe poging de macht van Moskou in te perken. Rusland had al gedreigd opnieuw te gaan investeren in een uitbreiding van het kernwapenarsenaal, maar die investering lijkt nu van de baan. Het schild was daarnaast buitengewoon impopulair in Polen en Tjechië, waar bijna negentig procent van de bevolking tegen de plaatsing was. De schurkenstaten kunnen allesbehalve opgelucht ademhalen, want de ontwikkeling van een alternatief raketschild gaat gewoon door. Moskou en Washington zijn in ieder geval naar buiten toe weer dikke vrienden.

- Barack Obama gaat de Amerikaanse troepen zo snel mogelijk terug trekken uit Irak. In 2011 moeten de gevechtstroepen al huiswaarts gekeerd zijn, al lijkt een kleine, meer permanente militaire aanwezigheid van Amerika onvermijdelijk om de prille democratie in Irak te beschermen. Het lijkt in ieder geval meer op vrede dan op oorlog.

- Barack Obama gaat een nieuwe strategie uitvouwen voor Afghanistan, een tweede oorlog die hij geërfd heeft van zijn voorganger. Hij beloofde eerder al een uitbreiding van het aantal Amerikaanse troepen, maar lijkt nu op voorspraak van de belangrijkste Amerikaanse generaal in de regio, David Petraeus, te willen gaan onderhandelen met de meer gematigde facties binnen de Taleban. Het heeft er alle schijn van dat die aanpak, die uiteindelijk ook wat rust bracht in Irak, voor meer vrede gaat zorgen, of in ieder geval een sneller einde van het conflict.

- En last but not least; met Barack Obama aan het roer hebben de Verenigde Staten eindelijk weer een leidende rol op zich genomen op het gebied van de klimaatverandering. De in potentie beschaving bedreigende global warming kan alleen een halt worden toegeroepen als het machtigste land ter wereld de regie in handen neemt. En als er één bedreiging is voor de wereldvrede, dan is dat de opwarming van de aarde.

Afijn, de Nobelprijs voor de Vrede kwam misschien wat te vroeg, want veel van de ambities van Obama op het gebied van de wereldvrede staan pas in de steigers, maar welke Chinese dissident, Ierse zanger of Iraanse blogger heeft het afgelopen jaar meer betekend voor de vrede? Ik kan er zo één, twee, drie niet één bedenken. Daarnaast won bondskanselier Willy Brandt dezelfde Nobelprijs in 1971 voor de door hem ontwikkelde Ostpolitik, waarmee hij toenadering tussen West- en Oost-Duitsland trachtte te bewerkstelligen. Dat klusje was ook pas in 1990 geklaard.

Mocht Obama ook nog eens slagen in het reduceren van kernwapens, het brengen van vrede in het Midden-Oosten en Afghanistan en het tegengaan van global warming, dan stel ik voor om hem de prijs gewoon nog een keer te geven!

maandag 23 april 2007

De Patriot en de Beerput

Toen Patrick Tillman vijf jaar oud was, sloop hij tijdens een storm zijn ouderlijk huis in Californië uit en klom hij op het dak van de veranda. Daar klampte hij zich vast aan een zwiepende boomstam en hij bleef zich vasthouden terwijl de storm voortraasde. Patrick was niet bang voor het natuurgeweld. Hij wilde juist de kracht van de wind voelen en trotseren.

Op de middelbare school bleek Patrick een uitstekende American Footballspeler te zijn. Hij leidde zijn team naar het kampioenschap in de Central Coast Section Division I en hij werd tot speler van het jaar gekozen. Maar hij bestond niet alleen maar uit spierballen en loopvermogen, ook qua denkvermogen blonk hij uit.

Sportief talent en intelligentie voorkwamen echter niet dat hij op zijn zeventiende een maand in een jeugdgevangenis moest doorbrengen; toen een vriend van hem bedreigd werd, sloegen zijn stoppen door en sloeg hij de man het ziekenhuis in. Hij zou dit later zien als een keerpunt in zijn leven.

Het geluk lachte hem al snel weer toe. Patrick ging studeren en football spelen aan de Arizona State University. Ondanks zijn gebrek aan lengte imponeerde hij zijn coaches met een niet aflatende inzet. In 1996 leidde hij het universiteitsteam na een ongeslagen seizoen naar de Rose Bowl, de grote finale van het Amerikaanse college football.



In drie en een half jaar tijd rondde hij zijn studie marketing af en slaagde summa cum laude. Om te ontspannen klom hij wel eens in de zestig meter hoge lichtmast van het universiteitsstadion. Hij liep op de campus rond op zijn slippers, reed in een roestige pick-uptruck en had lang haar. Tillman ging zo zijn eigen gangetje.

In 1998 werd hij door de Arizona Cardinals gedraft en bleef het hem voor de wind gaan. Hij scherpte in 2000 het record in de NFL aan voor het grootste aantal tackles in één seizoen; 224 keer wist hij een tegenstander te vloeren. Mede daardoor begon Patrick Tillman langzamerhand een nationale beroemdheid te worden.

Naast zijn sportieve prestaties bleef hij ook zijn geest aanscherpen; gefascineerd door politieke en sociale systemen stortte hij zich op een masters degree in de geschiedenis. Tussen de colleges en wedstrijden door liep hij een marathon en een jaar later de Ironman triathlon.

De St. Louis Rams wilden hem in 2001 inlijven en boden Patrick een contract aan. Hij kon negen miljoen dollar gaan verdienen door vijf jaar voor de Rams te tekenen. Tillman weigerde; hij bleef liever voor de Cardinals spelen, ook al verdiende hij daar 'maar' $450.000 per jaar. Het was een zeldzame uiting van clubliefde, wat hem bij de fans uiteraard onsterfelijk maakte.

Toen lieten negentien terroristen op 11 september 2001 passagiersvliegtuigen inslaan in het World Trade Center in New York en het Pentagon in Washington DC. Tillman was net als heel Amerika en de rest van de wereld geschokt. In een interview een dag na de aanslagen verwoordde hij het als volgt: "My great-grandfather was at Pearl Harbor and a lot of my family has gone and fought in wars," zei hij. "And I really haven't done a damn thing." En dat bleef aan hem knagen.

In 2002, een week nadat hij met zijn highschool sweetheart was getrouwd, meldden Patrick en zijn jongere broer Kevin zich aan bij de Army Rangers, een elite-eenheid van het Amerikaanse leger. In datzelfde jaar had hij kunnen bijtekenen bij de Arizona Cardinals. Tillman had in drie jaar tijd 3,6 miljoen dollar kunnen gaan verdienen, maar hij koos voor de 18.000 dollar die het leger hem jaarlijks zou gaan betalen, en de ontberingen van de keiharde 28 weken durende opleiding van de Army Rangers; één van de zwaarste in het Amerikaanse leger.

Deze keuze maakte hem tot een held voor veel Amerikanen. In alle grote tijdschriften, kranten en op de nationale televisiezenders werd Patrick geroemd om zijn vaderlandsliefde en moed. In Hollywood wreven de filmproducenten zich al genoegzaam in de handen. Politici van zowel de Democraten als de Republikeinen wezen naar de Tillmanbroers als voorbeelden voor de Amerikaanse jeugd. Het Pentagon zag in hem een machtig wapen in de strijd om het recruteren van nieuwe manschappen. Het was een tijd lang Patrick Tillman voor en Patrick Tillman na. Hij was de all American hero, de belichaming van een gedroomde nationale identiteit.



Patrick en Kevin dienden samen in Irak in 2003. Daarna keerden ze terug naar de Verenigde Staten, om vervolgens opnieuw uitgezonden te worden naar Afghanistan, in het kader van operatie Mountain Storm. Deze operatie had specifiek als doel om de infrastructuur van de Taliban en al Qaida te vernietigen en uiteindelijk Osama bin Laden te vangen of te doden.

Op 22 april 2004 liep Patrick Tillman met zijn eenheid in een hinderlaag vlakbij de Pakistaanse grens. Twintig minuten lang volgde er een intens vuurgevecht. Mede door het leiderschap van Tillman kon een gedeelte van zijn eenheid aan de hinderlaag ontsnappen. Patrick zelf ontsnapte niet; hij werd gedood door vijandige kogels.

Amerika dompelde zich in rouw. Ruim 3.500 mensen waren aanwezig op zijn begrafenis, inclusief hoogwaardigheidsbekleders uit het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden en de NFL.

Daarmee was het verhaal van Patrick Tillman echter nog niet afgedaan. Vijf weken na zijn begrafenis kwamen er geruchten naar buiten dat het geen vijandelijke kogels waren geweest die een einde aan zijn leven hadden gemaakt. Patrick was gedood door zogenaamd friendly fire; gedood door zijn eigen leger. Niet alleen de familie van Tillman, maar het hele land reageerde geschokt. Hoe had dit kunnen gebeuren? En waarom had het Pentagon eerst wat anders beweerd?

Patrick Tillman was te beroemd om de omstandigheden van zijn dood geheim te kunnen houden. De familie, leden van de Amerikaanse Senaat en eigenlijk de hele samenleving eisten opheldering. Diverse onderzoeken werden opgestart, door het leger zelf, maar ook door het Amerikaanse Congres, die daarvoor zelfs zittingen organiseerden, de zogenaamde Congressional Hearings; een machtig instrument in de Amerikaanse politiek. Uiteindelijk werd in april 2007 een rapport van 1.100 pagina's openbaar gemaakt.

Die hinderlaag is er nooit geweest. Door de paniek die was ontstaan na het ontploffen van een landmijn, ontstond er een vuurgevecht tussen Amerikaanse eenheden onderling, die daarbij geassisteerd werden door soldaten van het nieuwe Aghaanse leger. De drie kogels die Tillman in het hoofd hadden getroffen, waren afkomstig uit de loop van een mede-Ranger. Nadat de rook was opgetrokken en de Rangers doorhadden wie ze gedood hadden, meldden ze het trieste nieuws via de radio aan hun commandanten.

Onmiddelijk werd al het radio- en internetverkeer van en naar de basis platgelegd. Toen de eenheid van Tillman met zijn levenloze lichaam terugkeerde, werd hen bevolen het uniform en het kogelvrije vest van Patrick te verbranden, om alle mogelijke sporen uit te wissen. Een andere Ranger die tijdens hetzelfde vuurgevecht ook door friendly fire gewond was geraakt, Jade Lane, ontwaakte een dag later in een Afghaans ziekenhuis, en ontdekte tot zijn schrik dat zijn bed geflankeerd werd door twee bewakers. Koste wat kost moest voorkomen worden dat de ware toedracht van Tillman's dood in de openbaarheid zou komen. Lane werd duidelijk gemaakt dat hij moest zwijgen.

Russell Baer had als Ranger het vuurgevecht gezien. Hij wist dat Patrick Tillman gedood was door Amerikaanse kogels, maar ook hem werd het zwijgen opgelegd. Hij werd samen met Kevin Tillman overgeplaatst naar Amerika, maar mocht zelfs Kevin niets vertellen over de ware toedracht van de dood van zijn broer. Baer kon met deze wetenschap niet leven, zijn geweten begon te knagen en hij kwam niet opdagen toen hij zich weer voor dienst moest melden. Hij werd voor straf gedegradeerd.

Het nieuws van Tillman's dood bereikte binnen een paar dagen de hele legertop, inclusief generaal John Abizaid, de toenmalige opperbevelhebber van alle Amerikaanse troepen in het Midden-Oosten en Afghanistan. Ondanks dat het al snel duidelijk was dat Tillman niet omgekomen was door vijandelijk vuur, werd er een verhaal verzonnen over een hinderlaag en een heroïsche reactie van Tillman. Posthuum ontving hij een Silver Star en een Purple Heart en werd Patrick bevorderd tot korporaal. Tegen de familie, nabestaanden en de Amerikaanse bevolking werd simpelweg gelogen.

Het Pentagon zat in zijn maag met de dood van Tillman. Patrick was hun poster-boy geweest in de War on Terror. Het was al erg genoeg dat hij was gesneuveld, maar dat dit ook nog eens het resultaat was van friendly fire, was simpelweg onacceptabel. Het bracht het imago van het Amerikaanse leger te veel schade toe. Daarom werd er gekozen voor een doofpotstrategie.

De reacties van de familie van Patrick liegen er niet om. Zo zei een verbitterde vader Tillman tegen de Washington Post: "After it happened, all the people in positions of authority went out of their way to script this. They purposely interfered with the investigation; they covered it up. I think they thought they could control it, and they realized that their recruiting efforts were going to go to hell in a handbasket if the truth about his death got out. They blew up their poster boy."

Patrick Tillman vertegenwoordigde dat wat Amerika graag wil zijn; heldhaftig en vaderlandslievend. De reactie van het Pentagon laat zien dat die droom ten koste van de waarheid in stand gehouden moet worden. Ondanks alle getuigenverklaringen en onderzoeken blijft de officiële lezing van het Amerikaanse leger dat ze de ware toedracht van Patrick Tillman's dood niet kenden; dat ze altijd open en eerlijk naar de familie en nabestaanden zijn geweest. Tja, zo krijgt de dood van een patriot een wel heel ranzig luchtje.


(bron -- met dank aan Mariska)

Patrick is inmiddels posthuum overladen met eerbewijzen. Zo is hij nu erelid van de New Yorkse brandweer. Een in aanbouw zijnde brug nabij de Hooverdam zal naar hem vernoemd worden. En bij de Arizona Cardinals zal nooit meer een speler met het nummer 40 op zijn rug lopen.

Pat Tillman Foundation