Voor de podcast Grote Markt 1 van OOG over politiek in de gemeente Groningen was ik zes keer columnist. Beluister de podcast van december 2022 op Spotify.
Als het over drugs gaat denk ik aan Frank.
Frank met zijn babyface en donkere krullen. Een populaire jongen bij Albertus en de faculteitsvereniging. De meisjes fladderden altijd als vlinders om hem heen. Hij deed leuke commissies en studeerde zonder al te veel vertraging af als bedrijfskundige.
Frank had de pech dat hij afstudeerde toen de bankencrisis op zijn hoogtepunt was. Even zat niemand te wachten op een pas afgestudeerde bedrijfskundige.
Verwachtingen over carrière, geld en status werden naar beneden bijgesteld. Frank vond een baan zonder uitdaging. Het was simpelweg wachten tot het tij weer zou keren.
Gelukkig waren daar de weekenden. Die begonnen vaak al op donderdag, want ach, de vrijdag kwam je wel door met een kater.
Frank leefde zo steeds meer van weekend naar weekend. Van feest naar feest.
En daar hoorde een pilletje bij. Iedereen deed het toch? Geluk en energie in tabletvorm. Goedkoper dan een biertje aan de bar.
En lang ging dat ook goed. Soort van. Hij moest alleen wel steeds meer pilletjes slikken om het geluk te vinden.
Toen ging het mis. Frank kreeg een psychose. Hij was even weg, terug bij zijn ouders.
En ging daarna op dezelfde voet door. Frank was Frank niet meer. Hij was stiller geworden en steeds vaker in de war, de weg kwijt, soms zelfs letterlijk. Dan stapte hij in de verkeerde trein of stapte hij uit bij het verkeerde station.
Hij herkende vrienden niet meer. Raakte soms in paniek om niets.
En op een dag was Frank verdwenen. Binnen no time was er een app-groep met meer dan 50 leden. Waar is Frank? Waar heb je hem voor het laatst gezien? Iedereen zocht mee.
Een paar dagen later werd Frank gevonden. Door wandelaars in een natuurgebied.
Hij had zijn mooiste pak aangetrokken. Want zo wilde hij gevonden worden. Zijn afscheidsbrief had hij netjes geplastificeerd.
Op de begrafenis sprak de vader van Frank over die stomme pilletjes. We huilden allemaal. Hadden we niet meer moeten doen?
Sindsdien denk ik bij elk debat over drugs aan Frank. Wat had Frank kunnen redden? Had ander beleid hem geholpen? Waren de pilletjes de oorzaak of versterkten ze iets waar hij toch al aan leed?
Een pilletje, een wijntje, een peukje, een jointje - we gebruiken verkleinwoorden voor de drugs die we gebruiken, sommige legaal, andere illegaal. Koosnaampjes voor een ongezonde verslaving.
Nog steeds denk ik dat legaliseren de beste optie is. Maai het gras onder de voeten van de criminelen weg. Maak een einde aan de schemereconomie, waarin drugsgeld wordt wit gewassen. Een justitieapparaat waarvan de helft van de inzet opgaat aan het bestrijden van drugs.
Houd toezicht op productie en verkoop. Maak het veiliger. Vertel de verhalen van de mensen bij wie het misgaat.
Het is een illusie te denken dat een samenleving zonder roesmiddelen kan bestaan. Die samenleving heeft nog nooit bestaan. In de oudste beschavingen brouwde men al bier.
Even ontsnappen aan het dagelijks leven, met vrienden in de kroeg, op de dansvloer van een feest. We hebben het blijkbaar soms nodig.
Dan ben je niet zielig, dan ben je simpelweg mens.
Maar laten we er ook eerlijker over zijn. Dat een pilletje niet zo vrijblijvend is. En laten we beter naar elkaar omkijken. Signalen herkennen dat het misgaat.
Het is echt niet cool, als je de controle over je leven verliest.
Zoals Frank, die het leven losliet.